Leer Spaans :: Les 122 Conjuncties
Studiekaarten
Hoe zeg je in het Spaans? Als; Ondanks; Misschien; Bijvoorbeeld; Trouwens; Minstens; Eindelijk; Hoewel; Daarom; Dat ligt eraan; Nu meteen; Zoals dit;
1/12
Ondanks
Aunque
- Nederlands
- Spaans
2/12
Zoals dit
Así
- Nederlands
- Spaans
3/12
Als
Si
- Nederlands
- Spaans
4/12
Bijvoorbeeld
Por ejemplo
- Nederlands
- Spaans
5/12
Minstens
Por lo menos
- Nederlands
- Spaans
6/12
Eindelijk
Finalmente
- Nederlands
- Spaans
7/12
Nu meteen
Ahora mismo
- Nederlands
- Spaans
8/12
Hoewel
Sin embargo
- Nederlands
- Spaans
9/12
Misschien
Quizás
- Nederlands
- Spaans
10/12
Trouwens
Por cierto
- Nederlands
- Spaans
11/12
Daarom
Por tanto
- Nederlands
- Spaans
12/12
Dat ligt eraan
Eso depende
- Nederlands
- Spaans
Enable your microphone to begin recording
Hold to record, Release to listen
Recording