Hoe zeg je in het Noors? Toilet; Spiegel; Wastafel; Bad; Douche; Douchegordijn; Kraan; Toiletpapier; Handdoek; Weegschaal; Haardroger;

Badkameraccessoires :: Noorse woordenlijst

Op jezelf Noors leren

Nog meer Noorse lessen
Leer Noors Les 50 Keukenapparatuur en keukengerei
Leer Noors Les 51 Tafel dekken
Leer Noors Les 52 Maaltijden
Leer Noors Les 53 Plaatsen in de stad
Leer Noors Les 54 Winkels in de stad
Leer Noors Les 55 Dingen op straat
Leer Noors Les 56 Boodschappen doen
Leer Noors Les 57 Winkelen voor kleding
Leer Noors Les 58 Onderhandelen over een prijs
Leer Noors Les 59 Supermarkt
Leer Noors Les 60 Boodschappenlijst
Leer Noors Les 61 Fruit
Leer Noors Les 62 Zoete vruchten
Leer Noors Les 63 Groenten
Leer Noors Les 64 Gezonde groenten
Leer Noors Les 65 Kruiden en specerijen
Leer Noors Les 66 Zuivelproducten
Leer Noors Les 67 Vlees bij de slager
Leer Noors Les 68 Markt voor zeevruchten
Leer Noors Les 69 Bakkerij
Nog meer Noorse lessen