Leer Italiaans :: Les 83 Tijd vocabulaire
Woordenschatquiz
Hoe zeg je in het Italiaans? Naderhand; Gauw; Voordat; Vroeg; Laat; Later; Nooit; Nu; Eens; Vele malen; Soms; Altijd; Hoe laat is het?; Hoe laat?; Voor hoelang?;
1/15
Horen ze bij elkaar?
Voordat
Dopo
2/15
Horen ze bij elkaar?
Eens
Presto
3/15
Horen ze bij elkaar?
Laat
Prima
4/15
Horen ze bij elkaar?
Voor hoelang?
Che ora è?
5/15
Horen ze bij elkaar?
Naderhand
Presto
6/15
Horen ze bij elkaar?
Nu
Prima
7/15
Horen ze bij elkaar?
Vroeg
Tardi
8/15
Horen ze bij elkaar?
Later
Una volta
9/15
Horen ze bij elkaar?
Gauw
A volte
10/15
Horen ze bij elkaar?
Altijd
Dopo
11/15
Horen ze bij elkaar?
Hoe laat is het?
Che ora è?
12/15
Horen ze bij elkaar?
Hoe laat?
Per quanto tempo?
13/15
Horen ze bij elkaar?
Soms
Presto
14/15
Horen ze bij elkaar?
Nooit
Prima
15/15
Horen ze bij elkaar?
Vele malen
Molte volte
Click yes or no
Ja
Nee
Score: %
Goed:
Fout:
Opnieuw afspelen
Enable your microphone to begin recording
Hold to record, Release to listen
Recording