Hoe zeg je in het Ests? Grootouders; Grootvader; Grootmoeder; Kleinzoon; Kleindochter; Kleinkinderen; Kleinkind; Tante; Oom; Nicht; Neef; Neef; Nicht; Schoonvader; Schoonmoeder; Zwager; Schoonzus; Familielid;

Uitgebreide familieleden :: Estse woordenlijst

Op jezelf Ests leren

Nog meer Estische lessen
Leer Estisch Les 36 Vrienden
Leer Estisch Les 37 Familie relaties
Leer Estisch Les 38 Kleding
Leer Estisch Les 39 Bovenkleding
Leer Estisch Les 40 Onderkleding
Leer Estisch Les 41 Babyartikelen
Leer Estisch Les 42 Sieraden
Leer Estisch Les 43 Make-up en schoonheidsproducten
Leer Estisch Les 44 Toiletartikelen
Leer Estisch Les 45 Kamers in een huis
Leer Estisch Les 46 Gedeeltes van het huis
Leer Estisch Les 47 Meubilair
Leer Estisch Les 48 Huishoudelijke artikelen
Leer Estisch Les 49 Badkameraccessoires
Leer Estisch Les 50 Keukenapparatuur en keukengerei
Leer Estisch Les 51 Tafel dekken
Leer Estisch Les 52 Maaltijden
Leer Estisch Les 53 Plaatsen in de stad
Leer Estisch Les 54 Winkels in de stad
Leer Estisch Les 55 Dingen op straat
Nog meer Estische lessen